De derde basisbehoefte van een leerling is om te ontdekken of hij of zij competent is. Dus in staat om het verwachte werk in te leveren en om te slagen voor de toetsen. Het idee competent te zijn en te kunnen slagen is belangrijk voor de motivatie. Als een leerling constant het idee heeft te falen, zal hij op den duur geen moeite meer doen. Een leraar kan het gevoel competent te zijn op diverse manieren aanwakkeren.
Duidelijke instructies
Een goede leraar weet hoe hij een opdracht geeft die begrepen wordt, ondubbelzinnig is en leerlingen enthousiasmeert om ermee aan de slag te gaan. Een goede verwoording en opbouwende feedback helpt daarbij enorm. De leraar nodigt uit om vragen te stellen en beantwoordt deze met geduld. De opdracht is schriftelijk verwoord en eenvoudig terug te vinden voor de leerling. Ook is hij van tevoren op de hoogte van de beoordeling, zodat hij weet aan welke eisen zijn werk moet voldoen.
Acceptatie
Een positief leerklimaat heeft ruimte voor de prestaties en meningen van de leerlingen. Hun werkstukken hangen tegen de muren en op het bord staan hun aantekeningen. Hun inbreng bij de les wordt serieus genomen en er wordt op voortgebouwd. Ze mogen kiezen uit werkvormen en uit activiteiten. De leraar nodigt ze uit om mee te doen, mee te denken, en zet behaalde successen in het zonnetje.
Samenwerken
Leerlingen onderling kunnen vaak snel kennis uitwisselen en elkaar naar een hoger niveau tillen. De behoefte om anderen te helpen en in de groep te passen is hierbij een belangrijke drijfveer. Ook zorgt werken in kleine groepen ervoor dat een schuchtere of ongeïnteresseerde leerling geactiveerd kan worden. Door vaak in wisselende groepen te werken delen leerlingen mee in elkaars competentie en wordt er een sterk positief groepsgevoel gecreëerd, waarin het leuk en waardevol is om mee te doen en je beste beentje voor te zetten.
Leave a Reply